Voorrangsregels bij het kitesurfen
1. Kitesurfers die elkaar naderen Als 2 kitesurfers elkaar naderen heeft diegene die de kite over bakboord heeft hangen voorrang. Een mooi ezelsbruggetje:- Rechtervoet voor is voorrang hebben
- Linkervoet voor is voorrang geven
- Kitesurfers die het water betreden hebben altijd voorrang op diegene die al in het water is.
- Een kitesurfer die op het moment van passeren een golf rijdt heeft voorrang op diegene die dit niet doet.
2. Kitesurfer die het water in gaat
Een kitesurfer die het water in wilt gaan heeft altijd voorrang. Een kitesurfer op de kant is veel kwetsbaarder dan een kitesurfer op het water en moet zo snel mogelijk het water in kunnen gaan. Kom jij net aanvaren en zie je een kiter naar het water toekomen, draai dan om en geef hem of haar de ruimte om in het water te komen.3. Een golfrijder.
Een kiter die op een golf rijdt heeft voorrang op de kitesurfer die dit niet doet. Zie jij een golfrijder geef hem of haar de ruimte om op de golf te blijven varen. De golfrijder heeft minder mogelijkheid tot uitwijken, daarom krijgt hij of zij voorrang.4. Een kitesurfer inhalen.
Vaar jij sneller dan je voorganger dan moet je diegene voorrang geven. De snellere kiter heeft veel beter overzicht op de situatie en kan inschatten of hij of zij kan inhalen of om moet draaien. Als je inhaalt zorg dan dat jouw kite hoger of lager is t.o.v. de andere kiter en neem een ruime bocht.5. Springen met je kite.
Als je een sprong wilt maken met je kite heb je rekening te houden met een “veilige” zone. Deze houdt in dat je minstens 50 meter downwind vrije ruimte hebt en 30 meter upwind vrije ruimte hebt. Bij een sprong ga je downwind en heb je ruimte nodig om te kunnen zweven. De veiligheid voor upwind is iets minder, maar wel belangrijk om niet met lijnen in de knoop te raken van andere kitesurfers.6. Upwind vs downwind.
Bij het passeren heeft diegene die upwind vaart zijn kite hoog en diegene die downwind vaart de kite laag.7. Kitesurfers en andere watersporters.
Een kitesurfer dient altijd voorrang te verlenen aan andere watersporters. Kitesurfers zijn over het algemeen sneller en door de lange lijnen kan een ander niet goed inschatten wat te doen. Een kitesurfer moet hier altijd alert op zijn. Jij geeft dus altijd voorrang aan:- Zwemmers
- Golfsurfers
- Windsurfers
- Suppers
- Zeilboten
- Motorboten
- Jetski’s
- Haaien en dolfijnen
voorrangs regels volgens de watersport almanak
Groot gaat voor klein
Kleine schepen (tot 20 meter lengte) verlenen altijd voorrang aan grote schepen (langer dan 20 meter). Veerponten, passagiersschepen, sleep- en duwboten en vissersschepen, die in bedrijf zijn, hebben altijd de rechten van ‘groot’. Ook als ze korter zijn dan 20 meter.
Stuurboord voor bakboord
Wie in de betonde vaargeul aan stuurboordzijde van het hoofdvaarwater vaart, heeft voorrang op schepen die het hoofdvaarwater op willen varen. Een uitzondering hierop zijn schepen die uit een betond nevenvaarwater komen varen. In deze situatie moeten kleine schepen op het hoofdvaarwater voorrang verlenen aan grotere schepen die van het betond nevenvaarwater komen.
Zeilschip gaat voor motorschip
Een klein motorschip* (tot 20 meter) moet voorrang verlenen aan een klein zeilend schip (tot 20 meter) of een roeiboot, als hun koersen kruisen en geen van de schepen aan stuurboordwal vaart. Een grote motorboot of een groot zeilschip verleent in deze situatie voorrang aan het schip dat van stuurboord nadert. *Ook een zeilschip wat op de motor vaart wordt beschouwd als een motorboot!
Motorboten onderling
Voor kleine motorschepen op ruim water onderling geldt: als hun koersen kruisen en geen van de schepen aan stuurboordwal vaart, krijgt het schip dat van stuurboord nadert voorrang.
Zeilschepen onderling
Een klein zeilschip met het zeil over bakboord heeft voorrang op een klein zeilschip met het zeil over stuurboord. Varen ze met het zeil over dezelfde boeg, dan wijkt loef voor lij, ofwel, het schip dat het hoogst aan de wind vaart, heeft voorrang.
Hoofdvaarwater – nevenvaarwater
Wie vanuit een haven of nevenvaarwater een hoofdvaarwater opvaart dan wel oversteekt of andersom, mag andere vaarweggebruikers niet hinderen. Kleine schepen moeten altijd voorrang verlenen aan grotere schepen. NB. Het bord B.9 betekent dat schepen op het hoofdvaarwater altijd voorrang hebben.
Op de Waal, Nederrijn, Lek en het Pannerdensch Kanaal geldt de volgende regel: groot gaat altijd voor.
Goed zeemanschap geldt ook voor de kitesurfers. Als je het niet zeker weet welke kitesurf regels gelden, geef dan voorrang en laat dit duidelijk zien!
Geef een reactie